Bewuste roekeloosheid en werkgeversaansprakelijkheid

Begin van dit jaar heeft het Hof ‘s-Hertogenbosch een interessante uitspraak gewezen over werkgeversaansprakelijkheid. Al eerder hebben wij artikelen geschreven over werkgeversaansprakelijkheid. Klik hier en hier voor de artikelen.

Schade aan de bedrijfsauto

In de uitspraak van het Hof ‘s-Hertogenbosch ging het om een uitzendkracht die met de bedrijfsauto onderweg naar huis was. Op weg naar huis is hij een parkeerterrein van een nabijgelegen zwembad opgereden. Bij het verlaten van dit terrein moest hij onder een doorgang doorrijden die veel te laag bleek te zijn. De bedrijfsauto raakte hierdoor total loss.

De werkgever in deze kwestie vordert van de uitzendkracht schadevergoeding voor de schade aan de auto en stelt zich daarbij op het standpunt dat de schade niet is ontstaan in de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, nu de uitzendkracht niet direct naar huis is gereden maar eerst een parkeerterrein opreed.

Daarnaast stelt de werkgever dat er sprake is geweest van bewuste roekeloosheid. In de volksmond wordt hiermee ook wel de ‘eigen schuld’ van een werknemer bedoeld. In deze uitspraak gaat het met name om de vraag of bewuste roekeloosheid hier wel aan de orde was.

Het hof aan het woord

Het hof stelt zich wat ons betreft – terecht – op het standpunt dat er géén sprake is van bewuste roekeloosheid. Dat zou namelijk betekenen dat een parkeerterrein oprijden als zeer onvoorzichtig gedrag kan worden bestempeld. Dat vinden wij te ver gaan. Dat vindt het hof gelukkig ook.

Het hof oordeelt namelijk dat er geen sprake is van bewuste roekeloosheid, nu de omstandigheden er op wijzen dat de uitzendkracht de waarschuwingsborden bij de doorgang niet bewust heeft gezien en zich eenvoudigweg onvoldoende heeft gerealiseerd dat de bedrijfsauto te hoog was voor de doorgang.

Daarnaast is het hof van mening dat de schade wel degelijk is opgetreden bij de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, omdat het ongeval wel plaats vond aan het einde van de werkdag, maar de werkdag nog niet voorbij was.

Ook reed de uitzendkracht niet om privéredenen het parkeerterrein op, maar omdat hij onder het rijden een telefoontje kreeg en de uitzendkracht er rekening mee hield dat dat wel eens zijn werkgever kon zijn. In die zien koos de uitzendkracht alleen maar voor de ‘veilige weg’.

De werkgever heeft bovengenoemde argumenten tijdens de procedure onvoldoende betwist, waardoor ze vast zijn komen te staan. Daarmee staat ook direct vast dat het ongeval plaatsvond in de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. De vorderingen van de werkgever zijn dan ook afgewezen.

Contact

Jeroen Bosch Advocaten helpt bij letselschade, aansprakelijkheid en verzekeringsrecht. Bent u als werknemer slachtoffer geworden van een verkeersongeval? Heeft u schade opgelopen tijdens de uitoefening van uw werkzaamheden? Neem dan vooral contact met ons op. Wij helpen u graag. U kunt ons bereiken op telefoonnummer 073-6900888. Daarnaast kunt u ons een facebookbericht sturen of een e-mail naar info@jba.nl

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *