Kortgeding noodzakelijk om Allianz voorschot te laten betalen

Op 15 februari deed de rechtbank Rotterdam uitspraak in een kortgeding dat een slachtoffer had opgestart ten einde de verzekeraar te bewegen een voorschot aan hem betaalbaar te stellen.

Op 24 december 2021 is het slachtoffer betrokken geraakt bij een verkeersongeval. Hierbij is een bij Allianz verzekerd voertuig achter op de auto van het slachtoffer gereden. Allianz heeft de aansprakelijkheid voor het ontstaan van het ongeval op 24 januari 2022 erkend. Zij heeft aan het slachtoffer in de loop van de tijd in delen een voorschot van in totaal € 25.000,- betaald.

Het slachtoffer heeft samen met zijn broer een taxibedrijf en heeft sinds het ongeval niet meer gewerkt. Hij is niet verzekerd voor arbeidsongeschiktheid. Het slachtoffer heeft, na het overlijden van zijn eerste vrouw en de scheiding van zijn tweede vrouw, de zorg voor vier minderjarige kinderen.

De klachten

Het slachtoffer heeft zich op de dag van het ongeval met nek- en rugklachten gewend tot de spoedeisende hulp van het ziekenhuis en het slachtoffer heeft in de periode na het ongeval onder behandeling gestaan van een fysiotherapeut en een chiropractor. Ook heeft hij EMDR therapie gevolgd. Daarnaast heeft het slachtoffer een aanvraag gedaan voor een interdisciplinair traject bij Medinello. Het slachtoffer heeft een medisch adviseur ingeschakeld, in zijn rapporten spreekt deze adviseur van een “whiplash-associated disorder graad 2.”

Impact aanrijding

Ongevallen Analyse Nederland (OAN) heeft in opdracht van Allianz onderzoek gedaan naar de toedracht van het ongeval. Zij heeft geconcludeerd dat er sprake was van een Delta-v van 10,3 tot 15,1 km/uur met een gemiddelde voertuigversnelling van 2,4 tot 4,3 g.

Visie Allianz

De medisch adviseur van Allianz stelt de klachten van het slachtoffer niet vanuit het ongeval zijn te verklaren en dat de hoofdpijnklachten, rugklachten en “centrale sensitisatie” al voor het ongeval aanwezig waren. Tevens stelt de medisch adviseur van Allianz dat er sprake is sprake van ongevalvreemde factoren die de klachten kunnen hebben veroorzaakt. Met andere woorden: zonder het ongeval zou het slachtoffer in dezelfde toestand hebben verkeerd en het bestaan van beperkingen is niet medisch onderbouwd.

Het geschil

Het slachtoffer vordert via kortgeding de betaling van een voorschot. Het slachtoffer legt aan zijn vorderingen ten grondslag dat er als gevolg van het ongeval een voorlopige en tussentijdse voorziening nodig is om de kosten van zijn medische behandelingen te kunnen voldoen, om zijn gemiste inkomsten te compenseren en om schulden te voldoen.

Standpunt Allianz

Allianz bepleit tot afwijzing van de vorderingen en voert als verweer aan dat het slachtoffer onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij als gevolg van het ongeval meer schade heeft geleden dan het al betaalde voorschot van € 25.000,00. Het slachtoffer zou volgens Allianz onvoldoende hebben onderbouwd wat zijn klachten zijn en Allianz betwist dat er sprake is van een plausibel klachtenpatroon. Ook betwist Allianz dat sprake is van beperkingen. Allianz betwist ten slotte het medisch en juridisch causaal verband tussen het ongeval en eventuele klachten en beperkingen.

De rechter

De rechtbank stelt eerste past dat een kortgeding in deze kwestie passend is. Er is sprake van een spoedeisend belang.

Partijen twisten over de vraag of sprake is van klachten en beperkingen en, zo ja, in hoeverre er een causaal verband bestaat tussen het ongeval en de klachten en beperkingen van het slachtoffer. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter heeft het slachtoffer het bestaan van klachten voldoende aannemelijk gemaakt. Het slachtoffer heeft ook voldoende aannemelijk gemaakt dat hij de gestelde klachten voor het ongeval niet had. Dat het slachtoffer zich voor het ongeval wel eens bij de huisarts heeft gemeld met hoofdpijnklachten en klachten van somberheid betekent niet dat de klachten die het slachtoffer nu heeft al aanwezig waren voor het ongeval. Niet alleen is van belang dat die eerdere klachten kennelijk alweer geruime tijd voor de datum van het ongeval aan de orde waren, maar bovendien staat als onbetwist vast dat die eerdere klachten kennelijk nooit tot (volledige) uitval hebben geleid.

Impact aanrijding

Ook is het voor de verdere beoordeling van belang dat het een feit van algemene bekendheid is dat de door het slachtoffer genoemde klachten kunnen worden veroorzaakt door een kopstaartbotsing, ook als daarbij – volgens Allianz – maar een klein tikje van achteren is uitgedeeld. Dat de door het slachtoffer benoemde lichamelijke en mentale klachten mogelijk heftiger zijn dan gebruikelijk is daarbij niet van belang. De aansprakelijke partij moet het slachtoffer immers nemen zoals hij is.

Causaal verband

Bovenstaande betekent niet dat het causaal verband tussen het ongeval en de klachten van het slachtoffer vaststaat. Ook staat hiermee niet vast dat de klachten van het slachtoffer tot beperkingen en daarmee tot schade hebben geleid. Daarvoor is een objectief medisch en arbeidsdeskundig onderzoek nodig

De voorzieningenrechter ziet echter wel aanleiding bedrag toe te wijzen want hoewel het bestaan van beperkingen en het causaal verband met het ongeval op dit moment niet met de vereiste mate van zekerheid kan worden vastgesteld, is de aanwezigheid daarvan ook niet geheel onaannemelijk.

Andere life -events

Daarnaast is het, anders dan Allianz meent, niet aannemelijk geworden dat andere gebeurtenissen in het leven van het slachtoffer (“life-events”) tot zijn klachten en uitval hebben geleid. Die life-events dateren immers van alweer geruime tijd voor het ongeval en hebben voordien niet tot uitval geleid. Het door Allianz gesuggereerde verband tussen die life-events en de uitval van het slachtoffer is daarmee bij de huidige stand van zaken in hoge mate speculatief.

Behoefte aan bevoorschotting

Het slachtoffer is zelfstandig ondernemer. Het slachtoffer heeft stukken overgelegd waaruit volgens hem blijkt dat hij voor het ongeval een netto inkomen van € 42.000,- netto per jaar had en dat dit sinds het ongeval slechts € 2.700,- is. Allianz heeft het inkomen voor het ongeval betwist, maar betwist het huidige inkomen van het slachtoffer niet. Daarnaast heeft het slachtoffer voldoende aannemelijk gemaakt dat hij diverse schulden heeft die zijn ontstaan na het ongeval en is hij alleenstaande vader met de zorg voor vier kinderen. In dit licht is op zichzelf voldoende aannemelijk dat het slachtoffer een spoedeisend belang heeft bij het treffen van een voorlopige voorziening en dat het daarvoor al verleende voorschot van € 25.000,- onvoldoende is.

Het slachtoffer heeft bovendien gesteld dat hij met het oog op zijn herstel baat heeft bij het kunnen ondergaan van een multidisciplinaire medische behandeling zoals Medinello aanbiedt. Verder weegt de voorzieningenrechter mee dat Allianz niet voortvarend heeft gehandeld bij het afwikkelen van de onderhavige kwestie, waaronder met name het verkrijgen van een onafhankelijke medische en arbeidskundige expertise.

Uitspraak

Gelet op alle voornoemde omstandigheden ziet de voorzieningenrechter aanleiding een aanvullend voorschot op schadevergoeding van € 20.000,00 toe te wijzen. Het slachtoffer kan doordoor de behandeling bij Medinello starten en de meest urgente financiële nood wordt weggenomen.

Contact

Heeft u vragen over deze uitspraak? Neemt u dan vooral contact met ons op. Dat kan via het telefoonnummer boven in beeld of via info@jba.nl.

 

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *