Mededelingsplicht bij aanvraag arbeidsongeschiktheidsverzekering
Het zal u maar gebeuren. U bent zelfstandig ondernemer en heeft het risico op toekomstige arbeidsongeschiktheid verzekerd bij een verzekeraar, maar die verzekeraar weigert u een uitkering te verstrekken, omdat u bij de aanvraag van de verzekering uw mededelingsplicht zou hebben geschonden.
In dit blog wordt aan de hand van een voorbeeld toegelicht dat het zinvol kan zijn om u niet zomaar neer te leggen bij het standpunt van de verzekeraar.
Mededelingsplicht op grond van artikel 7:928 BW
Op grond van artikel 7:928 BW is een verzekeringnemer (de ondernemer) verplicht vóór het sluiten van de overeenkomst aan de verzekeraar alle relevante feiten (feiten die van belang zijn of kunnen zijn voor de acceptatiebeslissing van de verzekeraar) mede te delen. Het gaat om feiten:
– die hij kent of behoort te kennen;
– en waarvan hij het belang van mededeling aan de verzekeraar begrijpt of behoort te begrijpen.
Als u een arbeidsongeschiktheidsverzekering aanvraagt vraagt de verzekeraar u (o.a.) een gezondheidsverklaring in te vullen, op basis waarvan de verzekeraar de risico’s op arbeidsongeschiktheid kan beoordelen. Als die gezondheidsverklaring niet wordt ingevuld conform de vereisten van artikel 7:928 BW kan de verzekeraar een beroep doen op een schending van de mededelingsplicht en wordt de dekking op de polis in de regel afgewezen. U krijgt in dat geval geen uitkering.
Voorgaande speelde ook in een zaak die door een ondernemer aanhangig werd gemaakt bij Het Financiële Klachteninstituut (KIFID). Die uitspraak leest u hier.
Het geschil
In geschil was of de ondernemer bij aanvraag van de arbeidsongeschiktheidsverzekering zijn mededelingsplicht had geschonden ten aanzien van de vraag of hij bekend was met aandoeningen of klachten van psychische aard zoals depressie, overspannenheid, overwerktheid, slapeloosheid of burn-out. De betreffende ondernemer was in zijn voorgeschiedenis bekend met angsten. Hij was zich er echter niet van bewust dat angsten onder de hiervoor beschreven klachten vielen. Hij heeft bij de aanvraag van de verzekering derhalve niet aangegeven dat hij in het verleden bekend was met angsten.
Dat de ondernemer bekend was met angsten in het verleden kwam pas naar voren toen de ondernemer zich arbeidsongeschikt had gemeld bij zijn verzekeraar wegens een depressie en een beroep deed op zijn verzekering. Op verzoek van de verzekeraar werd een psychiatrisch onderzoek gestart, waaruit volgde dat de ondernemer in het verleden bekend was met angsten. De medisch adviseur van de verzekeraar oordeelde naar aanleiding van dit rapport dat hij, als hij bij de aanvraag van de verzekering bekend was geweest met alle feiten, hij de volgende clausule zou hebben geadviseerd aan de verzekeraar: “Geen recht op uitkering bestaat bij arbeidsongeschiktheid verband houdend met psychische klachten, aandoeningen en/of oorzaken”.
De verzekeraar heeft naar aanleiding van dit advies aan de ondernemer laten weten dat de genoemde clausule alsnog – met terugwerkende kracht – op de polis zou worden geplaatst en dat de ondernemer geen recht meer had op een uitkering. De ondernemer kon zich in dit standpunt niet vinden en heeft daarover een klacht ingediend bij KIFID.
KIFID oordeelt dat niet is komen vast te staan wat de aard en de ernst van de angstklachten is geweest. Wat wel is komen vast te staan is dat de ondernemer angst had om in het openbaar te spreken. Dat kwam tot uiting in zijn werk in loondienst. Hij heeft daarvoor ook een aantal gesprekken gehad met een psycholoog. Volgens KIFID hoefde de ondernemer van deze klachten echter niet te begrijpen dat de melding daarvan voor de verzekeraar van belang was. Van een schending van de mededelingsplicht is volgens KIFID dan ook geen sprake. KIFID oordeelt zodoende dat de verzekeraar niet gerechtigd was met terugwerkende kracht een uitsluitingsclausule voor psychische klachten op de polis te plaatsen, omdat aan deze bevoegdheid pas wordt toegekomen, als is vastgesteld dat er sprake is van schending van de precontractuele mededelingsplicht ex artikel 7:928 BW.
Conclusie
Uit deze uitspraak volgt dat wat precies onder het bereik van artikel 7:928 BW valt dus voor discussie vatbaar is. In deze zaak loonde het om die discussie voor te leggen aan KIFID. De verzekeraar heeft de uitsluitingsclausule moeten verwijderen en de uitkering moeten hervatten, vermeerderd met de wettelijke rente over het nog verschuldigde bedrag.
Contact
Heeft u ook een probleem met uw arbeidsongeschiktheidsverzekeraar? Neem dan contact met ons op voor een vrijblijvend intakegesprek. Jeroen Bosch Advocaten is bereikbaar op 073 – 690 08 88 en via info@jba.nl