Werknemer lijdt schade door stoeipartij op bedrijfsfeest: werkgever aansprakelijk

Op 13 november 2024 heeft de kantonrechter Midden-Nederland zich gebogen over de vraag of een werkgever aansprakelijk is voor de schade die een werknemer tijdens een stoeipartij op een bedrijfsuitje heeft opgelopen. De uitspraak is op 13 november 2024 openbaar uitgesproken en is hier terug te lezen.

Wat is er gebeurd?

Verzoeker is werknemer bij Hoveniersbedrijf Alexander Westland B.V. (hierna: Westland B.V.) en werkzaam als assistent hovenier. Westland B.V. heeft op vrijdagmiddag 8 juli 2022 een bedrijfsuitje georganiseerd waarmee het 25-jarig jubileum van het bedrijf werd gevierd. Hiervoor werd het personeel van Westland B.V. (ongeveer 20 à 25 mensen waaronder een zzp-er en een vakantiekracht) per Whatsapp-bericht uitgenodigd.

Het personeel en de bestuurder van Westland B.V. hebben die middag in Utrecht een speurtocht gedaan. Na afloop van de speurtocht gingen ze naar een locatie aan de haven in Huizen. Daar had Westland B.V. gezorgd voor eten en drank, waaronder een biertap. Na middernacht heeft verzoeker zich gemengd in een onsamenhangende stoeipartij van twee collega’s waarbij de een de ander in het water probeerde te duwen. Als gevolg van een duw vielen verzoeker en zijn twee collega’s gelijktijdig en deels over elkaar van de kademuur op de lager liggende steiger. Verzoeker heeft daarbij letsel opgelopen aan zijn linkerbeen en is met de ambulance naar het ziekenhuis gebracht.

Verzoeker heeft Westland B.V. aansprakelijk gesteld voor de schade als gevolg van het hem overkomen ongeval op 9 juli 2022. Guardian, de verzekeraar van Westland B.V., heeft de aansprakelijkheid afgewezen.

Standpunten partijen

Verzoeker stelt dat hij in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade heeft geleden. Het bedrijfsuitje was volgens verzoeker een onlosmakelijk deel van het dienstverband en van de daaronder vallende werkzaamheden. Guardian betwist dat sprake is van aansprakelijkheid in de zin van artikel 7:658 BW, artikel 7:611 BW dan wel 6:170 BW. Naar de mening van Guardian maakt de gestelde oorzaak van het ontstaan van het letsel, te weten de duw door verzoeker, geen onderdeel uit van het programma van het bedrijfsuitje. Volgens Guardian bestaat er geen verband met de werkzaamheden van verzoeker. Het incident valt volgens haar niet onder de verantwoordelijkheid van Westland als werkgever van verzoeker. Westland B.V. had daarom volgens Guardian geen zorgplicht om de schade die door verzoeker is geleden te voorkomen.

Voor het geval de kantonrechter zou beslissen dat Guardian wel aansprakelijk is, doet Guardian een beroep op eigen schuld in de zin van artikel 6:101 BW aan de zijde van verzoeker. Guardian vindt dat verzoeker de schade ook aan zichzelf heeft te wijten zodat de schade in ieder geval voor de helft voor zijn rekening moet komen.

Juridisch kader

Of Westland B.V. als werkgever aansprakelijk is voor het ongeval wat de werknemer is overkomen, wordt beoordeeld aan de hand van artikel 7:658 BW. Dit artikel ziet op de aansprakelijkheid van een werkgever, waarbij het gaat om de vraag of de werkgever de op hem rustende zorgplicht heeft geschonden. Ingevolge artikel 7:658 BW is een werkgever namelijk verplicht de werkzaamheden zodanig in te richten en voor het verrichten daarvan zodanige maatregelen te treffen als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat een werknemer schade lijdt. Wanneer de werknemer een ongeval overkomt bij de uitoefening van zijn werkzaamheden, is de werkgever op grond van art. 7:658 lid 2 BW aansprakelijk, tenzij de werkgever kan aantonen dat zij niet tekortgeschoten is in haar zorgplicht.

Ook buiten werktijd, bijvoorbeeld bij een bedrijfsuitje, heeft een werkgever een zorg- en preventieplicht tegenover de werknemer. De Hoge Raad heeft al in 1993 geoordeeld (HR Power/Ardross) dat de zorgplicht van de werkgever niet beperkt is tot de eigenlijke werkplek. Dat de schade ‘in de uitoefening van de werkzaamheden’ moet zijn opgelopen moet daarnaast niet zo eng worden opgevat dat de werkgever slechts aansprakelijk zou zijn bij schade die is opgelopen tijdens daadwerkelijke uitvoering van de opgedragen werkzaamheden. Wel is van belang dat er tussen de activiteit en de door de werknemer te verrichten werkzaamheden voldoende nauw verband bestaat. Of sprake is van voldoende nauwe verband is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Belangrijke omstandigheden om mee te wegen zijn bijvoorbeeld of deelname (min of meer) verplicht was, of de activiteit tijdens kantooruren of daarbuiten plaatsvond en of de activiteit was bedoeld voor teambuilding en dus het bedrijfsbelang dient. Hoe groter de verbondenheid tussen de activiteit en de werkzaamheden, hoe groter de kans dat aansprakelijkheidsvraag beoordeeld zal worden aan de hand van artikel 7:658 BW.

Ter illustratie, de rechtbank Utrecht oordeelde in 2012 (Rb. Utrecht 23 augustus 2012, JAR 2012/305 (Speedboat) dat sprake was van een voldoende nauw verband tussen de werkzaamheden en het bedrijfsuitje ‘speetboottocht’. Volgens de rechtbank was sprake was van sociale druk om mee te doen aan de activiteit. Deelname werd door de werkgever verondersteld en de werknemer hoefde zich niet individueel in te schrijven. Een bekend voorbeeld waar geen voldoende nauwe verband bestond was in het Rollerskate-arrest van de Hoge Raad in 2009. De nauwe band tussen de werkzaamheden en de activiteiten ontbrak en deelname aan de activiteit was niet verplicht.

Wat oordeelt de kantonrechter?

De kantonrechter stelt voorop dat een ongeval tijdens door de werkgever voor het personeel georganiseerde (ontspannende) activiteiten kan leiden tot aansprakelijkheid van de werkgever op grond van artikel 7:658 BW. De kantonrechter houdt het bovenstaande juridisch kader aan en oordeelt als volgt.

Hoewel de deelname aan het bedrijfsuitje op zichzelf geen verplichting was, is naar het oordeel van de kantonrechter voldoende komen vast komen te staan dat de deelname door de werknemers in ieder geval als een ‘sociale’ verplichting zal zijn ervaren. Niet is  gebleken dat er tijdens het feest in de avond en nacht enig ander toezicht aanwezig was op het drankgebruik dan mogelijk door Westland B.V. Westland B.V. heeft betoogd dat het ongeval plaatsvond na middernacht en na afloop van het feest. Dat het feest op het moment van het ongeval afgelopen was is volgens de kantonrechter niet gebleken.

Niet in geschil is dat het begrip ‘arbeidsplaats’ in artikel 7:658 BW ruim moet worden uitgelegd, doet de omstandigheid dat het bedrijfsuitje niet op de feitelijke werkvloer van Westland B.V. plaatsvond niet af aan de toepasselijkheid van artikel 7:658 BW. Op grond van al deze omstandigheden is er sprake van een voldoende nauw band tussen het bedrijfsuitje en de door verzoeker te verrichten werkzaamheden zodat het ongeval valt onder de reikwijdte van artikel 7:658 BW.

De vraag die vervolgens moet worden beantwoord is of Westland B.V. aan de op hem rustende zorgplicht heeft voldaan. Naar het oordeel van de kantonrechter is dit niet het geval. De omvang van de zorgplicht hangt in het algemeen samen met de zeggenschap die de werkgever heeft over de werkplek en de mogelijkheid tot het treffen van maatregelen voor de uitoefening van de werkzaamheden aldaar en het geven van aanwijzingen om te voorkomen dat de werknemer schade lijdt. In dit bijzondere geval had op eenvoudige wijze met adequaat toezicht door Westland B.V. het ongeval voorkomen kunnen worden. De situatie ter plaatse was aldus dat er niemand anders aanwezig was om toezicht uit te oefenen dan Westland.

Het beroep op eigen schuld van verzoeker faalt. Daarvan zou alleen sprake kunnen zijn indien het ongeval tevens aan een mate van opzet of grove schuld van verzoeker te wijten zou zijn. Daarvan is geen sprake volgens de kantonrechter.

Conclusie

De kantonrechter oordeelt dat Westland B.V. op grond van artikel 7:658 BW aansprakelijk is voor het verzoeker overkomen ongeval en gehouden is tot vergoeding van de voor hem daaruit voortvloeiende schade.

Heeft u een ongeval meegemaakt tijdens de uitoefeningen van uw werkzaamheden? Neem contact met ons op voor een vrijblijvend gesprek waarin wij concreet bespreken wat wij voor u kunnen betekenen. U kunt ons bereiken op 073-690 08 88 of via info@jba.nl.

 

 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *